Handelingen

Vlijmen, Nassaulaan 2 - Goddelijke Voorzienigheid: verschil tussen versies

Uit Reliwiki

(- cat)
(postcode)
Regel 14: Regel 14:
| plaats            = Vlijmen
| plaats            = Vlijmen
| adres              = Nassaulaan 2
| adres              = Nassaulaan 2
| postcode        = 5251JC
| bouwjaar          = 1961-1962
| bouwjaar          = 1961-1962
| oorspronkelijke_bestemming = rooms-katholieke kerk
| oorspronkelijke_bestemming = Rooms-Katholieke kerk
| huidige_bestemming = gesloopt op toren na
| huidige_bestemming = gesloopt op toren na
| architect          = H.A. Koldewey
| architect          = H.A. Koldewey

Versie van 9 dec 2018 22:27


Bezig met het laden van de kaart...
Algemene gegevens
Naam object:
Genootschap:
Provincie: Noord-Brabant
Gemeente: Heusden
Plaats: Vlijmen
Adres: Nassaulaan 2
Postcode: 5251JC
Sonneveld-index: 08508
Jaar ingebruikname:
Architect: H.A. Koldewey
Huidige bestemming: gesloopt op toren na
Monument status: geen



Geschiedenis

Vlijmen, gemeente Heusden - De Goddelijke Voorzienigheid; jk 09-08-2012

Interessante moderne kerk met toren.

Toen in de jaren 1950-1960 een hele nieuwbouwwijk De Vliedberg aan Vlijmen werd toegevoegd, bestond er ook behoefte aan een rooms-katholieke school en kerk. Aan kapelaan Joachiem Kamp van Nieuwkuijk werd de opdracht gegeven een nieuwe parochie te stichten. Er vanuit gaande dat 95% van de nieuwe bewoners katholiek zouden zijn, schatte men het aantal te verwachten parochianen op 5 á 6.000.

Aanvankelijk werd gebruik gemaakt van de zaal De Vlietberg, die op zaterdagavond werd omgebouwd tot noodkerk en na de laatste dienst in dat weekend weer terug omgebouwd. Op 20 november 1960 werd de parochie officieel opgericht, waarna op 30 december 1960 aan architect Hans Koldewey uit Helvoirt opdracht gegeven werd voor een schetsplan. Het ontwerp voor de nieuwe kerk werd in maart 1961 goedgekeurd en behelsde een kerk met 680 zitplaatsen, waarvan 180 in de zogenaamde dagkerk die in open verbinding met de hoofdkerk staat. In de jaren 1980 is een tussenwand geplaatst. De aanbesteding volgde op 17 november 1961 met als laagste inschrijver I.B.C uit Best met een bedrag van fl. 391.955,--. De inzegening vond vlak voor kerstmis plaats, op 21 december 1962, waarna op 9 juni de kerk werd geconsacreerd door Mgr. Bekkers.

De totale kosten bedroegen fl. 623.000,--.

  • De parochie heeft het kerkgebouw verkocht aan een woonstichting. In 2015 is de kerk gesloopt. De toren, met uurwerk en 2 klokken, is blijven staan.

Jubileumboekje 40-jarige parochie, in 2000

Exterieur

Het kerkgebouw kan gerangschikt worden onder het type Fabriekskerk. Er zijn in principe twee muren met daar tussenin een constructie van stalen spanten voor het dragen van het platte dak. In de kerk zijn de spanten weggewerkt achter een plafond van schroten. Door deze constructie krijgt men binnen een grote ruimtewerking door het ontbreken van draagkolommen. Doordat de architect 237 m2 ramen heeft toegepast, wordt deze werking nog versterkt.

De kerk is gebouwd op de zo genoemde Heilige Linie, d.w.z. op een denkbeeldige lijn tussen de kerk en Jeruzalem (Symbool van de verrezen Christus). Het altaar staat dan ook aan de oostzijde, richting Jeruzalem.

Het hele concept van het kerkgebouw lijkt uit te gaan van het idee van een boot of schip. De toren staat los van de kerk, als een baken, waarop men zich oriënteert. De hoofdkerk heeft twee stabilisatievlakken. Aan de ene kant de uitbouw van de dagkerk (viering) en aan de andere kant de uitbouw voor de biechtstoelen (vergeving). Aan de buitenkant, aan de zijde van de Nassaulaan, geven de lijnen van de dagkerk en die van het schip de indruk van een vertrekkend schip (richting Jeruzalem).

De ingang van de kerk ligt aan het plein en dat is de achterkant van de kerk. In de scheepvaart wordt dat de spiegel genoemd en die was vaak versierd met schilder- en beeldhouwwerk. Van binnenuit de kerk is daar een prachtig glas-in-lood-raam te zien. De sobere bouwstijl geeft de tijdgeest weer van de jaren zestig. Alles moest terug naar de essentie van alle dingen en beelden komen in de oorspronkelijke opzet niet voor.

Interieur

oude afbeelding (c1963)

Als men binnen komt, dan vallen twee zaken op:

  • Het grote open priesterkoor, met als centraal punt de massieve preekstoel (ambo).
  • Het ritme van de zitbanken. Dit laatste vooral als het licht erover speelt.
Priesterkoor

In het middelpunt van de hele kerk staat de preekstoel (ambo), van waaruit de woorddienst wordt geleid. In sierlijke letters zijn daarin uitgehouwen de beginwoorden van het Johannes-evangelie "IN HET BEGIN WAS HET WOORD EN HET WOORD WAS BIJ GOD EN HET WOORD WAS GOD". De uitgehouwen tekst komt in de gebruikte steen niet goed uit. Je moet hem willen zien om hem te kunnen lezen.

De vloer van de kerk loopt in de richting van de preekstoel ca . 30 cm omlaag, zodat het lijkt alsof de luisteraar op een heuvelhelling (Vliedberg) zit, zoals dat was, toen Jezus preekte.

Schip

Het idee van een schip komt aan de binnenzijde sterk tot uiting in het gebogen plafond. Dit gebogen plafond zorgt er mede voor, dat de kerk een heel goede akoestiek heeft. Het hele hoofdgebouw, het schip, wordt gedragen door vier kolommen. Deze symboliseren de vier evangelisten, te weten Marcus, Lucas, Matteus en Johannes.

De achtergevel met de grote ramen, rust op betonnen zuilen en deze doen denken aan de zuilengalerij van de tempel in Jeruzalem. In dit gedeelte van de kerk vinden de meeste contacten tussen de kerkgangers plaats.

Priesterkoor en doopvont

Doopvont

Rechts naast het altaar staat de doopvont met op het deksel de prachtig gestileerde duif, symbool van de H. Geest. De doopvont zelf staat vóór in de kerk en is verlaagd t.o.v. van het altaar. In oude kerken staat hij meestal achterin. Men moest eerst gedoopt zijn voor men in de kerk werd opgenomen. In onze kerk wordt de dopeling opgenomen in de kerkelijke gemeenschap en staat hij ten aanschouwe van heel de gemeenschap. De verlaging van de doopvont symboliseert de rivier de Jordaan, de rivier waarin Jezus door Johannes gedoopt werd. De drie traptreden naar de doopvont duiden op de drieëenheid: De Vader , De Zoon en De H. Geest.

In de muur achter de doopvont bevindt zich een nis, die is afgesloten door een hekwerk. In de nis wordt de Heilige Olie bewaard. Olie werd vroeger o.a. gebruikt voor verlichting, voor heling en genezing van wonden. In de liturgie van de kerk wordt hij nu gebruikt bij de zalving bij de doop, bij het vormsel en bij het sacrament van de zieken (het heilig oliesel). De spijlen van het hekwerk zijn versierd met felrode stenen en de spijlen staan willekeurig scheef. De stenen verbeelden de vurige tongen van het pinksterfeest. (Handelingen 2, vers 3) De spijlen geven aan , dat de Geest niet te vangen is en " uitwaait, wie weet waarheen." Zij verwijzen ook naar de tekst in het oude testament van Gods aanwezigheid in de brandende braamstruik (Exodus 3).

Naast deze nis staan twee kandelaars en een kruis. Deze worden o.a. gebruikt bij uitvaartdiensten. Op het kruis staat op een felrood veld van opaline, de afbeelding van de verrezen Heer met de wonden in de handen en zijde.

Altaar
137 (2)a.jpg

Het altaar staat op de top van de Calvarieberg. Om daar te komen moet men drie treden omhoog. Deze treden herinneren eraan, dat Jezus op zijn lijdensweg naar deze plek drie maal is bezweken en gevallen onder het kruis. Aan het altaar, de offertafel, wordt tijdens de H. Mis de verzoening tussen God en ons gevierd. De priester staat tijdens de viering van het misoffer met het gezicht naar de gelovigen toe. Op het altaar, dat een strak gemodelleerd stuk marmer is, staat het altaarkruis met een gegoten corpus. In het blad van het altaar, is de altaarsteen aangebracht. In deze steen bevindt zich een relikwie.

Achter het altaar staat het tabernakel. Het stelt een korenschoof voor (de vele graankorrels die samen het brood maken). Op de wand zijn korenaren in koper uitgewerkt. Opvallend is, dat het tabernakel nog een trede hoger staat dan het altaar. Tegen de wand rechts van het tabernakel hangt de godslamp. Als het Heilig Brood aanwezig is, brandt deze lamp als teken van Gods aanwezigheid. Ook de kandelaars op en rond het altaar zijn fraaie stukken smeedwerk. (Het licht wordt gedragen door 3 steunpunten). Al het smeedwerk is ontworpen door de kunstenaar Jan Koldewey, broer van de architect van de kerk. Boven het tabernakel is een grote lichtkoepel. Deze koepel wordt ook wel Het oog van God genoemd.

Gaat men vanuit het parochiezaaltje naar de kerk, dan gaat men enkele treden van een trapje af om even verder bij de deur weer een zelfde trapje omhoog te gaan om in de kerk te komen. Toen de Israëlieten bij Jericho door de Jordaan het beloofde land in trokken, stonden de priesters met de Ark in de rivier en geleidden het volk naar het nieuwe land, het verleden in de woestijn achterlatend (Jozua 3).

Eerste steen

Naast de speeltafel van het orgel is in de muur de eerste steen ingemetseld. De eerste steen is gelegd 15 april 1962. Er zijn bewust geen namen van stichters genoemd.(Wel in de ingemetselde loden koker). Op de steen staat slechts de bijbeltekst IN IPSO, IN HEM, met het jaartal 1962. Paulus gebruikt deze tekst in de betekenis van Christus als hoeksteen waarop zijn kerk gebouwd is: IN HEM betekent IN CHRISTUS. Deze tekst kennen wij ook uit het tafelgebed: door Hem en met Hem en in Hem zal Uw naam geprezen zijn.

Consecratieklokje

Aan de andere kant van de speeltafel hangt een klokje, waarmee het teken wordt gegeven dat de dienst begint. Dit klokje heeft al een lange geschiedenis achter zich. Het is gegoten in 1655 door Francois en Pierre Hemony, in België voor een beiaard van de St. Michaelsabdij in Antwerpen (waarnaar enkele medaillons met Latijnse inscripties verwijzen), bestaande uit 32 klokken. Dit carillon is in 1797 door de Fransen verwoest, maar dit klokje is overgebleven. Het werd aan onze kerk geschonken door aannemer De Bont die het had verkregen uit een slooppand in Vlijmen-Dorp. Na de oorlog van 1940 - 1945 is er in Vlijmen-Dorp een noodkerk gebouwd omdat de eigen kerk door de oorlog te veel beschadigd was. De parochie van Vlijmen werd bediend door Norbertijnen, dezelfde orde als de abdij van Antwerpen en deze abdij heeft het klokje aan de noodkerk geschonken. Toen de noodkerk niet meer nodig was, heeft men deze voor een bedrag laten slopen met alles erop en eraan. Zo is het klokje in handen gekomen van de aannemer De Bont, die het eerst uitgeleend heeft aan de kerk van Nieuwkuijk en later geschonken aan de parochie waarvan hij deel uitmaakte. De gegevens van het klokje liggen in de kluis van de oude parochie. Over het eigendomsrecht is nogal geredetwist, maar uiteindelijk is vastgesteld, dat het van De Goddelijke Voorzienigheid is.

Gebrandschilderde ramen

Bron:Wikimedia/RCE (1989)

Zoals al eerder is vermeld, heeft de architect Hans Koldewey, 237 m2 glasoppervlak aangebracht. De achterpui (de spiegel) heeft zelfs een breedte van 23 meter. Om voor deze grote vlakken iets moois te maken, was niet eenvoudig. De jonge kunstenaar Jacques Frenken uit Vught nam ondanks het krappe budget voor dit werk, de uitdaging toch aan en hij is hier wonderwel in geslaagd. Terecht heeft hij hiervoor de cultuurprijs van de provincie Noord-Brabant ontvangen.

Jacques Frenken kreeg van de architect Hans Koldewey een vrije opdracht. Voor de motivatie van zijn ontwerp, geeft een citaat uit het boek "GLAS en LOOD " in Nederland 1817-1968 (Staatsdrukkerij) meer inzicht: om religie niet te reduceren tot christendom of in het bijzonder tot het katholicisme, vermeed Frenken het uitbeelden van bijbelse thema's en koos voor de weergave van boommotieven. In een mondelinge toelichting op zijn werk vertelde Frenken dat de ramen een belangrijke functie hebben voor de verlevendiging van de kerk, die vrij strak en sober van vorm is. De ramen moeten de beweging, het leven, in de kerk brengen.

De structuur van de ramen is gelijk:

- een massieve, solide basis,
- een vlak van beweging (klontjeswerk genoemd),
- lange strepen, die bijdragen aan het ritme van de ramen.

Frenken had geen concrete voorstelling voor ogen. De compositie is louter door beeldende expressie tot stand gekomen. Door anderen zijn aan de ramen titels gegeven, zoals: de brandende braamstruik, de waaiende Geest, de eik van Mamre, levensboom en andere namen. De ramen in de dagkerk zijn speciaal bedoeld om de huizen aan de overkant naar de achtergrond te drukken en hebben verder geen motief.

Het glas komt oorspronkelijk uit Darmstadt en is met de hand geblazen. Dit geeft dikte- en kleurverschillen, er ontstaan bellen in het glas. Dit resulteert in kleurschakeringen, die de grote vlakken in de ramen levendig houden. Bij reparaties aan de ramen, is het van essentieel belang om glas van deze structuur en kleur te gebruiken. In het samenspel met het continu veranderende licht, zorgen de gebruikte kleuren rood, transparant zwart en grijs voor steeds weer een boeiend schouwspel, waarin ieder zijn eigen schoonheidsbeleving kan ervaren.

Het kleine raampje onder de toren was een geschenk van Glazeniersbedrijf Brabant uit Tilburg. De langwerpige vorm doet denken aan een bloem, maar ook aan de vorm van de toren.

Dagkerk

De dagkerk (bedoeld voor vieringen met kleinere groepen) is pas eind jaren 1980 door een wand afgescheiden van de hoofdkerk. Daarvoor was er een open verbinding en kon men de diensten in de hoofdkerk vanuit de dagkerk volgen. Toen echter het aantal kerkgangers sterk terugliep en de te verwarmen ruimte relatief groot was, werd besloten tot deze scheidingswand. De dagkerk heeft ca. 180 zitplaatsen en is snel te verwarmen.

Mariakapel

Achter de dagkerk is de Mariakapel. Naast het Mariabeeld is er ook een kruisbeeld. Aan de voet van het kruisbeeld hangen de kruisjes met de namen van de parochianen die dit jaar zijn overleden.

Cultuur Historische Waardekaart

jk 09-08-2012
  • Plattegrond: rechthoek
  • Dak: plat, schuin met brede dakrand
  • Toren: vierkant, 2 klokken
  • Materiaalgebruik: baksteen, betonnen poten, hout
  • Bijgebouwen: pastorie
  • Bouwperiode: 1961-1962
  • Bouwstijl: Naoorlogs modernisme
  • Bijzonderheden: houten deuren, diepliggende vensters bij de entree
  • Plattegrond: rechthoek
  • Liturgisch centrum: georiënteerd, podium met vijf treden, lager gelegen doopvont naast het podium, een axiaal bankenplan
  • Materiaalgebruik: baksteen, leistenen vloeren, grindbeton, beton, plafond hout, houten tochtkasten
  • Orgel: Verscheuren, Heythuysen, 1965
  • Bijzonderheden: hoog podium, open koorruimte, voorheen open dagkapel, grote glas-in-lood .

In de media

  • Uit Brabants Dagblad d.d. 15 maart 2015

Als het kerkgebouw aan de Nassaulaan in de Vlijmense wijk Vliedberg wordt verbouwd, blijven alleen de toren en de Mariakapel overeind. De rest van het pand, inclusief de glas-in-loodwerken van kunstenaar Jacques Frencken verdwijnen uit het straatbeeld van Vliedberg. (Volledig bericht:[1]]

  • Uit: Brabants Dagblad d.d. 28 mei 2015

De sloop van de rooms-katholieke kerk op Vlijmen-Vliedberg is deze week gestart. Medewerkers van het bedrijf Arno van den Dungen sloop- en grondwerken uit Hedikhuizen hopen over zo'n anderhalve week al het asbest uit het pand te hebben. Daarna kan de 'echte' sloop beginnen. De kerktoren blijft staan. Als het terrein is opgeleverd, verkoopt parochie Heilige Antonius, voorheen Goddelijke Voorzienigheid, de grond aan woningcorporatie Woonveste die er 45 appartementen gaat bouwen.

Externe links

Afbeeldingen

Exterieur

Interieur