Handelingen

,s-Hertogenbosch, Sint Janssingel 90 - Kapel Mariënburg (1899 - 2014)

Uit Reliwiki


Bezig met het laden van de kaart...
Algemene gegevens
Naam object: Mariënburg
Genootschap: Rooms Katholieke Kerk
Provincie: Noord-Brabant
Gemeente: 's-Hertogenbosch
Plaats: 's-Hertogenbosch
Adres: Sint Janssingel 90
Postcode: 5211DA
Sonneveld-index: 07713
Jaar ingebruikname: 1899
Architect: Groenendael, J.H.H. van; Schijvens, J.C.A. (modernisering 1962)
Huidige bestemming: buiten gebruik 2014
Monument status: Rijksmonument 522423

Geschiedenis

Kapel Franciscanessenklooster. Grote neogotische kapel met hoge dakruiter. Mooie moderne, kleurrijke beglazing.

Geschiedenis; bron: website josschijvens.nl door Christiane Schijvens

Kapel Mariënburg Zusters JMJ, St. Janssingel 92 Den Bosch, 1962. Renovatie. In 1962 wilden de Zusters van Jezus, Maria, Jozef hun kapel aanpassen aan de tijd zodat ze minder druk en meer een eenheid werd. Het advies van Jos Schijvens luidde: "de gehele kapel schilderen in enkele zeer lichte tinten, nieuw glas in lood in de ramen, nieuwe vloeren van natuursteen, alle tierelantijnen op deuren en houten constructiedelen verwijderen en een zeer eenvoudig aanzicht geven. Voorts het priesterkoor groter maken, nieuwe altaren, communiebanken en eenvoudige verlichtingsornamenten" De zusters durfden deze radicale vernieuwing wel aan zo kreeg de kapel een veel strakker aanzien. De nieuwe altaren (ontwerp Jos Schijvens) werden vervaardigd van een lichtgroene marmersoort uit Portugal 'Vert Ocean' genaamd. Er kwam een nieuw orgel van de firma L. Verschueren. De edelsmid N.J.J. Kremers ontwierp een nieuw tabernakel, altaarkruis en communiebanken. Daan Wildschut maakte drie glas in loodramen. In 1997 werd een deel van de veranderingen weer ongedaan gemaakt. De bedekking van de paneeldeuren werd verwijderd en verschillende lagen verf werden weggehaald zodat oude beschilderingen weer zichtbaar werden.

Het hoofdaltaar is een ontwerp van Jos Schijvens en gemaakt van Portugees marmer. Het blad alleen al weegt 4000 kg. De tabernakel en het kruis zijn van edelsmid Nicolaas Kremers uit Tilburg.

2014. Het aantal zusters dat in Mariënburg woont neemt al jaren af. Er zijn plannen om het klooster te gaan verhuren of verkopen. Een paar jaar geleden was er een plan om van het klooster een thermencomplex te maken waarbij er een zwembad (!) in de kapel zou komen. Dit plan is gelukkig gesneuveld. Momenteel wordt onderzocht of het klooster geschikt is voor een nieuwe, gezamenlijke Mastersopleiding van de TU Eindhoven en Tilburg University, de Graduate School.

Monumentomschrijving Rijksdienst

Het franciscanessenKLOOSTER "Mariënburg" van de "Zusters van de Sociëteit van Jezus, Maria en Jozef" met KAPEL, is gelegen aan de oostelijke zijde van de Sint Janssingel. Aan de zuidzijde sluit het gebouw aan op de kweekschool (Complexonderdeel 2).

Het klooster is gesitueerd op het terrein van een ouder kloostercomplex, waarvan de -in 1929 ingrijpend verbouwde- kapel (oorspronkelijke bouwdatum 1488) nog resteert. Het huidige Mariënburgklooster werd gebouwd in 1897-1899, naar ontwerp van architect J.H.H. van Groenendael. In 1928 werd het klooster uitgebreid met een vleugel aan de achterzijde en een Noviciaat en Postulaat, aansluitend op de noordoostelijke hoek van het hoofdgebouw. Deze vleugel sloot aanvankelijk aan op een bij het Mariënburgklooster behorend (nu gesloopt) gebouw aan de Uilenburg, architect S.J. Slootmakers. Deze uitbreidingen werden uitgevoerd naar ontwerp van architect Ch. Estourgie. Het klooster werd opgetrokken in een Neo-Gotische stijl. Het gebouw is inwendig gedeeltelijk gemoderniseerd. In de achtervleugel is de dispositie met name op de bovenverdiepingen bij een verbouwing uit 1979 gewijzigd. Het voormalig noviciaat en postulaat is inwendig sterk gemoderniseerd.

Omschrijving

Het kloostergebouw bestaat uit het hoofdgebouw met een globaal rechthoekige plattegrond, met aan de achterzijde hiervan de dwars hierop geplaatste kapel met T-vormige plattegrond. Aansluitend op de noordoostelijke hoek van het hoofdgebouw een langgerekte vleugel voor het Noviciaat en Postulaat met een L-vormige plattegrond, die een verbinding vormt tussen het hoofdgebouw en de Walpoortkapel. Ten zuiden van de kapel een in plattegrond geknikte rechtervleugel van het klooster. Hoofdgebouw en achtervleugel tellen drie bouwlagen plus soutterain onder zadeldak, gedekt met respectievelijk leien en verbeterde Hollandse pannen. Het Noviciaat en Postulaat telt twee bouwlagen onder een samengesteld schilddak, gedekt met verbeterde Hollandse pannen. Boven de kapel een hoge dakruiter, bekleed met zink en leien. Gevels in baksteen met speklagen. De rijk gedetailleerde voorgevel van het hoofdgebouw heeft drie brede risalieten (van drie vensterassen), waarvan de meest linkse met een Dordtse gevel, bekroond met een natuurstenen bol, de overige met van boognissen voorziene tuitgevels, bekroond met een dubbele kruisbloem. In de tussenliggende gevelpartijen smallere, minder vooruitspringende risalieten, aan de bovenzijde afgesloten door dakkapellen met topgevel. In de voorgevel kruisvensters met zesruits bovenlichten en onder tweeruits ramen. Hierboven ontlastingsbogen met polychroom metselwerk in strengperssteen in de boogtrommels. In de risalerende middenpartij de hoofdingang met opgeklampte houten paneeldeur met smeedijzeren sierbeslag in een spitsboogportiek. In het midden van de sober uitgevoerde achtergevel van het hoofdgebouw de driezijdig gesloten kapel met aan weerszijden van het koor tweelaags, plat afgedekte uitbouwen met rechthoekige plattegrond voor de sacristie en de bloemsacristie. In de koorsluiting spitsboogvensters met drielichten. In de sacristiegedeelten drielichtvensters onder een segmentboog. In de borstwering van het venster op de verdieping siermetselwerk. Tegen de meest rechtse sacristieaanbouw een octogonale traptoren met spits. In de achtergevel rechts van de kapel smalle spleetvensters. In het dakschild dakkapellen met stolpvensters.

De achtervleugel van het klooster bestaat uit een vijf vensterassen tellend, dwars op het hoofdgebouw geplaatst tussenlid en een schuin hierop geplaatst, hoger opgetrokken bouwdeel. In de dakschilden brede dakkapellen. Links in het langgerekte, schuin geplaatste deel een risaliet met tuitgevel. Hierin de hoofdtoegang van de achtervleugel in een rondboogportaal, bereikbaar via een bakstenen trap. Ter hoogte van het souterrain vensters met twee zesruits ramen. Op de bel-etage rondboogvensters met driedelige ramen en bovenlicht met kleine roedenverdeling. Daarboven kruisvensters met kleine roedenverdeling. In de topgevel boven drie zesruits vensters en geheel boven een spleetvenster. Dezelfde vensterindeling in de noordelijke gevel en de kopgevel aan de Uilenburg. De kopgevel heeft geheel rechts een travee met vier smalle verticale muurnissen, waarin smalle éénruits vensters. In de noordelijke gevel van de achtervleugel links, ter hoogte van het trappenhuis drie smalle, trapsgewijs klimmende verticale muurnissen met smalle eenruits vensters. Tweelaags aanbouw onder plat dak. Het noviciaat/postulaat heeft in het oostelijke dakschild een langgerekte dakkapel over bijna de gehele gevelbreedte. De zuidelijke gevel van het L-vormige bouwdeel heeft twee vooruitspringende partijen: in het midden een drie traveeën tellend bouwdeel waarin een hoger opgetrokken middenpartij met topgevel. Geheel rechts de vooruitspringende topgevel van de oostelijke vleugel. Deze wordt afgesloten door een natuurstenen lijst, bekroond met een kruis. Het noviciaat/postulaat is voorzien van kruisvensters, op de benedenverdieping met zesruits bovenlichten, op de eerste verdieping met vierruits bovenlichten. In de oostelijke vleugel rechts een vijf vensterassen tellend terugliggende gevelpartij. Ter plaatse van de trappenhuizen muurnissen met twee smalle verticale laddervensters. Op de zuidoostelijke hoek van het Noviciaat/Postulaat een beeldnis met Mariabeeld.

Inwendig heeft het hoofdgebouw een centrale hal met netgewelven op granieten kolommen met bladkapitelen. Gang langs de achtergevel. Hierachter de kapel met basilikale opbouw. Zeven traveeën met gestucte bakstenen kruisribgewelven. Driedelige opstand: scheiboogarcade, galerij en lichtbeuk. Altaar en glas-en-loodramen dateren van na de Tweede Wereldoorlog. Ook zijn de oorspronkelijke kleurstellingen in de na-oorlogse periode gewijzigd. In de achtervleugel een centrale gang langs de noordelijke gevel. Hierin op de begane grond kruisgewelven in schoon metselwerk. Verder in het hoofdgebouw en achtervleugel onder meer trappen met smeedijzeren leuningen en tegellambriseringen, diverse bewerkte paneeldeuren.

Waardering

Het Mariënburgklooster is van algemeen belang. Het klooster bezit cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een geestelijke en sociaal-economische ontwikkeling. Het klooster vormt een illustratie van de ontwikkelingen in het onderwijs rondom 1900 en de belangrijke rol die de katholieke congregaties hierin in 's-Hertogenbosch hebben gespeeld. Het klooster heeft architectuurhistorische waarde als bijzonder voorbeeld van de Neo-Gotische stijl, karakteristiek voor katholieke kloosters en internaten rond 1900. Het gebouw neemt voorts een belangrijke plaats in in het oeuvre van de architecten J. van Groenendaal en Ch. Estourgie. Daarnaast heeft het klooster architectuurhistorische waarde vanwege de verzorgde neo-Gotische detaillering. Het Mariënburgklooster is van belang als bijzondere uitdrukking van een stede bouwkundige ontwikkeling: het illustreert de ruimtelijke ontwikkeling en schaalvergroting aan de rand van de oorspronkelijke Middeleeuwse stad vanaf het einde van de negentiende eeuw. Het Mariënburgklooster is van belang vanwege de situering, verbonden met de ontwikkeling van de stad na de opheffing van de vestingstatus en vanwege het belang van het klooster voor het aanzien van de historische binnenstad. Tot slot is het klooster goeddeels gaaf bewaard gebleven en hierdoor een zeldzaam voorbeeld van de katholieke component in de hoofdplaats van het bisdom 's-Hertogenbosch.

MIP omschrijving

  • Bouwstijl: Neo-Gotiek
  • Bouwperiode: 1897 tot 1899
  • Gevels en materialen: Machinale baksteen, banden en mozaieken in strengpersbaksteen. Hardstenen cordon- en waterlijsten. Bakstenen trapgevels en wimbergen.
  • Vensters en deuren: In spitsboogportiek opgeklampte voordeur met smeedijzeren sierbeslag. Kruiskozijnen onder rondbogen met baksteenmozaiek en driepassen. Bewerkte paneeldeur in rondboogportiek met gemetseld gewelf.
  • Dak en bedekking: Zadel- en schilddaken, lei in maasdekking.
  • Interieur: Kapel met Neo-Gotisch interieur van J.H.H. van Groenendael uit 1897-1899.
  • Bijzonderheden: Wand met brede en smalle topgevelrisalieten.

Afbeeldingen

Exterieur

Interieur