Handelingen

Bunschoten-Spakenburg, Kostverloren 2 - Zuiderkerk

Uit Reliwiki


Bezig met het laden van de kaart...
Algemene gegevens
Naam kerk: Zuiderkerk
Genootschap: PKN Gereformeerde Kerk
Provincie: Utrecht
Gemeente: Bunschoten
Plaats: Bunschoten-Spakenburg
Adres: Kostverloren 2
Postcode: 3751DC
Inventarisatienummer: 03971
Jaar ingebruikname: 1914
Architect: Munnik, J.N. / Onvlee, H.
Huidige bestemming: kerk
Monument status: Rijksmonument 520418 (kerk); 498259 (orgel)

Geschiedenis

Groot kerkgebouw met torentje.

Een van de oudste kerken in Bunschoten-Spakenburg is de Zuiderkerk. Het is in 2014 precies 100 jaar geleden dat met de bouw een aanvang werd gemaakt. In die honderd jaar heeft het onderdak geboden aan wel drie – vier generaties. Mensen zijn er gedoopt, hebben er hun huwelijk laten bevestigen, kun kinderen weer laten dopen en zijn tot slot vaak ook vanuit de kerk begraven. Een cyclus die nog altijd doorgaat. Wat bleef is het gebouw. Een gebouw dat inmiddels is aangewezen als een van de negen rijksmonumenten in de gemeente Bunschoten.

Nadat bij de doleantie in 1886 de Gereformeerden de Nederlandse Hervormde Kerk hadden moeten verlaten, werd een houten kerk gebouwd op grond die ooit deel uitmaakte van de haven Bunschoten. Kort daarop werd over het houten gebouw een gemetselde kerk gebouwd. Dat is het gebouw tegenover de Zuiderkerk dat nu bekend staat als Kostverloren. Die kerk was door de groei van de bevolking te klein geworden. De noodzaak tot de bouw van een grotere kerk werd langzamerhand steeds duidelijker. In januari 1913 werd definitief tot de bouw van een nieuwe kerk besloten.

In het Amersfoortsch Dagblad van 27 februari 1913 stond daarover: ‘De kerkeraad der Ger. Kerk B te Bunschoten, heeft besloten een nieuwe kerk te bouwen op de Riezekater, achter de tegenwoordige kerk. De benoodigde gelden zijn reeds uit vrije giften bijeen.’ Een maand later stond in de Amersfoortsche Courant van 20 maart 1913: ‘De kerkeraad der Gereformeerde kerk te Bunschoten heeft aan architect H. Onvlee, te Baarn, opgedragen den bouw eener nieuwe kerk met 750 zitplaatsen. De toren zal 35 meter worden. Voor dien bouw is door de gemeentenaren geschonken fl 20.700,–.’ De krant van 25 april 1914 vermeldde tot slot: ‘De nieuwe Gereformeerde kerk te Bunschoten wordt morgenmiddag in gebruik genomen.’

Het is interessant te lezen wat er werd geschreven en hoe het achteraf is geworden. De Riezekater was een deel van de oostelijke stadsgracht die in de loop van de eeuwen was dichtgegroeid of gegooid. Op het gedeelte dat ooit aan de haven van Bunschoten moet hebben gegrensd, werd voor fl 2.200,– een stuk grond gekocht. Het genoemde bedrag van fl 20.700,– was niet genoeg voor de bouw van de kerk. De kosten varieerden een beetje met de plannen die men had. De duurste variant met toren kwam op bijna dertigduizend gulden. Dat was te hoog en er werd bezuinigd door de toren te laten vervallen. In plaats daarvan werd gekozen voor een zogenaamde dakruiter. Met een dik jaar was de kerk klaar. Dat betekent dat er flink is doorgewerkt. Het meest opvallend aan het gebouw is de in een ronde boog geplaatste tekst uit Jeremia 2: 31: ‘O geslacht, aanmerkt toch gijlieden des Heeren woord.’ Of zoals we de grondtekst tegenwoordig zouden vertalen: ‘Let op de woorden van de Heer, Israel.’ Een boodschap die aan waarde en kracht niets heeft verloren. Van buiten valt het niet echt op, maar van binnen is te zien dat er prachtige glas-in-loodramen in de kerk zitten.

De kerk kreeg de naam ‘Zuiderkerk’ pas in 1931. In dat jaar werden de Gereformeerde Kerk A en de Gereformeerde Kerk B voor korte tijd samengevoegd. Ter onderscheiding van de kerkgebouwen werd de ene kerk Noorderkerk genoemd en de andere Zuiderkerk. Kort daarop kwam er ook een Westerkerk in Eemdijk.

In de loop van de afgelopen eeuw moest de kerk verschillende keren een restauratie ondergaan. Maar het aanzien van de kerk is nagenoeg niet gewijzigd.

  • (Bron:Open monumentendag)

Monumentomschrijving Rijksdienst

Kerk

Gereformeerde KERK, genaamd Zuiderkerk, gebouwd door aannemer H. Dekkers naar ontwerp van architect J.N. Munnik uit Den Haag. De Baarnse architect H. Onvlee werkte mee aan het ontwerp en hield toezicht op het bouwproces. De zaalkerk is opgetrokken in eclectische stijl. De aan de zuidwestzijde geplande toren werd nooit gerealiseerd. De architect J.N. Munnik was de broer van predikant H.A. Munnik, die rond 1912 de drijvende kracht was achter de stichting van dit nieuwe gebouw. De kerk kwam tot stand naar aanleiding van het ruimtegebrek in de in 1890 gebouwde kerk `Kostverloren' aan de Kolk. De Zuiderkerk ligt vlak achter deze oudere kerk, die is verbouwd tot kerkelijk verenigingsgebouw, aan het in een boog lopende Kostverloren. De samengestelde veelal rondboogvormig afgesloten vensters zijn bijna alle voorzien van gemetselde traceringen en penanten.

Omschrijving

De haaks op het Kostverloren gelegen zaalkerk is opgetrokken op een rechthoekige plattegrond in grauwe baksteen onder een met leien gedekt zadeldak.

De voorgevel of westgevel bevat drie vensterassen met een door een grotere entreepartij en erboven geplaatst breed samengesteld rondboogvormig venster, een benadrukte middenas die eindigt in drie naast elkaar staande lichtspleten in de topgevel. Aan weerszijden van het midden bevinden zich een ingang en een hooggeplaatst venster. De top van het rondboogvenster wordt omgeven door de tekst `O geslacht aanmerkt toch gij lieden des Heeren woord'. Links van de hoofdentree is in de gevel de eerste steen geplaatst.

De identieke zijgevels bevatten per zijde vijf vensterassen waarvan er vier onder een in het dak aangekapt zadeldakje eindigen. Elk venster sluit een triplet in dat met een rondvenster in de vensterkop, rondboogvormig wordt afgesloten. De gevels worden geleed door zich versnijdende steunberen.

Tegen de tweede travee van links van de linkerzijgevel staat een uitgebouwd portaal onder een zadeldak. Tegen de blinde oostgevel is een aanbouw van twee bouwlagen onder leien gezet schilddak gezet. In de oksel aan de noord- en zuidgevel zijn aanbouwtjes van één bouwlaag onder plat dak geplaatst. De gevel bevat een deur en een venster.

Het interieur van de kerkruimte is overdekt met een houten tongewelf, met spantbenen rustend op hardstenen consoles. De constructie is versterkt door ijzeren trekstangen. Het tongewelf is aan de randen voorzien van een blokbanddecoratie. De witbepleisterde gevels worden doorbroken door sierbanden van schoonmetselwerk. Aan de oostzijde bevindt zich boven een houten preekgestoelte een tribune met het orgel.

De glas-in-loodvensters zijn symmetrisch van indeling en voorzien van het Davidsster-symbool. In het grote venster aan de westzijde zijn duiven, een weegschaal en het tweesnijdend zwaard afgebeeld. De vloer de banken zijn vernieuwd en derhalve van ondergeschikt belang. Het doophek is oorspronkelijk, maar verplaatsbaar gemaakt.

Aan de westzijde bevindt zich het portaal met zwart-wit geblokte tegelvloer, een kruisgewelf in schoonmetselwerk en twee opgangen naar de galerij. Aan de oostzijde zijn een entree naar de consistoriekamer alsmede een trap naar de orgeltribune aangebracht.

Orgel

Het orgel is in 1844 gebouwd door J. Armbrost (Haaksbergen) voor de hervormde kerk te Goor (Ov.). Armbrost gebruikt bij de bouw een belangrijke hoeveelheid pijpwerk van 17de eeuwse Westfaalse factuur en herkomst. In 1907 bouwt de firma F. Leichel & Zoon (Lochem) een nieuw pneumatisch orgel in de kas van Armbrost. Zeven jaar later, in 1914, wordt het binnenwerk van Armbrost gekocht door de geref. kerk van Bunschoten, en door Leichel, voorzien van een geheel nieuwe kas, in de Zuiderkerk geplaatst. Bij die gelegenheid wordt de dispositie gewijzigd. In 1959 breidt de firma Fonteyn & Gaal (Amsterdam) het instrument uit met een zelfstandig pedaal. De firma Gebr. Reil (Heerde) restaureert het instrument in 1983-84. Het binnenwerk wordt door hen gereorganiseerd, waarbij het nevenklavier als Bovenwerk in de verhoogde en gewijzigde orgelkas een plaats krijgt. De dispositie van 1844 wordt hersteld, de frontpijpen vernieuwd en het pedaal uit 1959 gehandhaafd. Adviseur bij deze werkzaamheden is Klaas Bolt (Haarlem).

Dispositie
  • Hoofdwerk (manuaal 1): Prestant 16' discant (1984) - Bourdon 16' - Prestant 8' - Holpijp 8' - Octaaf 4' - Quint 3' - Octaaf 2' - Sexquialter 2⅔' 2 sterk discant - Mixtuur 2' 3-4 sterk bas/discant - Trompet 8' bas/discant.
  • Bovenwerk (manuaal 2): Holpijp 8' - Spitsfluit 8' discant - Prestant 4' - Fluit 4' - Gemshoorn 2' - Dulciaan 8' bas/discant (1984) - Tremulant.
  • Pedaal: Subbas 16' (1984) - Octaaf 8' - Gedekt 8' (1984) - Openfluit 4' - Bazuin 16' (1984).
  • Koppelingen: Hoofdwerk aan Pedaal - Manuaalkoppeling.

Mechanische sleepladen. Manuaalomvang: C-f3. Pedaalomvang: C-f1.

Waardering

Het kerkgebouw uit 1913 is van algemeen belang vanwege de architectuurhistorische waarde als voorbeeld van een gereformeerde zaalkerk in eclectische stijl met redelijk gaaf in- en exterieur. In het interieur komt een waardevol tweeklaviers orgel voor opgebouwd uit oude delen (17de eeuws factuur). Tevens vanwege de cultuurhistorische waarde alsmede van situationele waarde vanwege de ligging aan het Kostverloren in Bunschoten.

Afbeeldingen

Exterieur

Interieur