Handelingen

De Moer, Middelstraat 28 - Joachim

Uit Reliwiki


Bezig met het laden van de kaart...
Algemene gegevens
Naam object: Joachim
Genootschap: Rooms-Katholieke Kerk
Provincie: Noord-Brabant
Gemeente: Loon op Zand
Plaats: De Moer
Adres: Middelstraat 28
Postcode: 5176NJ
Sonneveld-index: 00466
Jaar ingebruikname: 1902
Architect: C.F. van Hoof
Huidige bestemming: rooms-katholieke kerk
Monument status: Rijksmonument 524407 (kerk); Rijksmonument 522406 (oude pastorie); Rijksmonument 525707 (pastorie)



Geschiedenis

De Moer, St. Joachim; jk 01-03-2010

Grote, belangrijke neogotische kerk met toren. In 1894 is De Moer een zelfstandige parochie geworden. Daarvoor behoorde het gebied tot de parochie Loon op Zand. Bij de oprichting van de parochie werd er een houten noodkerk geplaatst die van Dussen was overgenomen. In 1902 werd deze vervangen door de huidige kerk, ontworpen door C.F. van Hoof uit Tilburg. De inwijding door pastoor A.H.F. Kamp vond plaats op 2 februari 1902 waarna ze op 6 juni 1903 geconsacreerd werd door W. van der Ven, bisschop van 's-Hertogenbosch. De pastoor had een broer, Joachim, die kapelaan was geweest en op jonge leeftijd was gestorven. Uit liefde voor hem, en tot zijn nagedachtenis, koos de pastoor St. Joachim als patroon van zijn pas opgerichte parochie. Op initiatief van pastoor Kamp ontstond een verering van St. Anna (feestdag 16 juli). Na zijn overlijden in 1939 nam deze snel af. In de jaren 50 van de vorige eeuw kwamen de laatste bedevaartgangers de plaats bezoeken. Achter de kerk ligt het kerkhof waar ook pastoor Kamp, gestorven op 22 september 1939, is begraven.

Op 30 september 2012 is met een eucharistieviering in de St. Janskerk te Kaatsheuvel de fusie van de drie parochies in de gemeente Loon op Zand op plechtige wijze gevierd. Tot de parochiekerken van de nu nieuwe Parochie H. Willibrord behoren:

  • 2024 - Na Kaatsheuvel, H.H. Martelaren van Gorcum, sluit ook de kerk in De Moer: ‘Een moeilijk maar noodzakelijk besluit’. De kerk in De Moer blijft tot eind volgend jaar (2025) in gebruik.

Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed

De KERK van de H. JOACHIM werd gebouwd in neogotische stijl in 1902 naar ontwerp van architect C.F. van Hoof. De kerk verving de houten noodkerk uit 1894. De Tweede Wereldoorlog berokkende grote schade aan de kerk. Als gevolg hiervan werden negen gewelfvelden vervangen en verdween de oorspronkelijke polychromie.

Omschrijving

De neogotische kruiskerk met westtoren heeft een schip van drie traveeën en transeptarmen van één travee met driezijdige sluiting en een koor van een travee met driezijdige sluiting. De gevels zijn opgetrokken uit machinale baksteen, voorzien van steunberen met betegelde afzaten. Onder de gootlijsten zijn ter decoratie brede sierfriezen gemetseld. Op de zadel- en lessenaardaken liggen leien in maasdekking, evenals op de naaldspitsen van de toren en de dakruiter op de viering. De overhoekse dakruiter is opengewerkt met driepasvormige galmgaten voor het angelusklokje. De toren met hoofdingang bestaat uit vier geledingen. Hij heeft een vierkante plattegrond, met links aansluitend een polygonaal traptorentje met getoogde raampjes over drie geledingen, voorzien van een eigen licht ingezwenkt naaldspitsje. Tussen het torentje en de steunbeer rechts bevindt zich een ondiep portaal onder zadeldak. De vleugeldeuren hebben eenvoudig vorkvormig beslag, in het spitsbogige bovenlicht is glas-in-lood geplaatst. De dakrand is afgewerkt met een natuursteen lijst. In de wimberg bevindt zich een blinde driepas. Aan weerskanten van het dakje een blind spitsboogfries. De tweede geleding bevat een tripletraam in een spitsboognis. De zijden hebben als eerste geleding blinde spitsboognissen en daarboven een dubbele blinde nis. De derde geleding bevat aan alle zijden drie spitsboognissen met spleetvensters. De vierde geleding bevat in elke zijde twee spitsboognissen met galmgaten. In een klimmend spitsboogfries hierboven is een uurwerk opgenomen. De vorm van het fries wordt gevolgd door de vier afgewolfde topgevels met piron, waarboven de ingesnoerde achtzijdige spits met kruis en haan zich verheft.

De zijbeuken en lichtbeuk bezitten dubbele spitsboogvensters. Tussen het transept en het schip bevinden zich bredere en hogere kapelachtige uitbouwen met tripletramen onder schilddak; hier bevinden zich tevens de biechtstoelen. Transept en het koor hebben hoge spitsboogramen met een tweedelige spitsboogopening en een rondraam. Tussen het transept en het koor bevindt zich aan weerszijden een vensterloze kapel op veelhoekige grondslag met een tentdak.

Aan de noordzijde is tenslotte de sacristie vastgebouwd, een eenlaags gebouwtje onder leien zadeldak met spitsboogvensters en sierankers en aan de schipzijde een entreeportaal en traptorentje.

In de toren bevindt zich het portaal met een stucwerk stergewelf, in de wand een gedenksteen. Hierop staan de namen van de architect C.F. van Hoof, aannemer Broens, pastoor Kamp en de jaartallen 1901-1902 vermeld. De driebeukige kerk heeft zowel in het schip als in de zijbeuken stenen kruisgewelven. In het schip zijn deze geaccentueerd door baksteen ribben, steunend op baksteen bundelzuilen en schalken met eenvoudig natuurstenen kapiteel. De oorspronkelijke polychromie is overgeschilderd in wit, met uitzondering van genoemde zuilen en ribben. Blindnissen geleden de begane grond, waartussen de eenvoudige houten biechtstoelen staan opgesteld. Onder de vensters bevindt zich een tandlijst. Boven die van de lichtbeukvensters is een nissengeleding aangebracht. De vensters bevatten eenvoudig glas-in-lood, terwijl de gebrandschilderde ramen van de absis Christus' Geboorte en Laatste Avondmaal tonen. Deze ramen zijn ca. 1950 ontworpen door Ninaber van Eyben. De kerk bevat een aantal belangrijke onderdelen, die vooral uit het atelier van Custers te Eindhoven afkomstig zijn. Dit zijn onder meer de kalkstenen neogotische altaren. Het hoofdaltaar heeft marmeren zuiltjes. De tombe dateert uit 1902, de retabel uit 1906. Voorgesteld zijn onder andere het Laatste Avondmaal, de Calvariegroep en de geboorte van Christus. Het H. Anna-altaar en het Maria-altaar dateren beide uit 1906. Een beeld van de H. Antonius met Kind dateert uit 1902; een laatste werk van Custers in deze kerk is de preekstoel met smeedijzeren balustrade en kalkstenen reliëfs met de vier evangelisten uit 1931. Diverse heiligenbeelden versieren de kerk, waaronder één van de H. Joachim op een neogotische sokkel. De kruiswegstaties zijn vervaardigd door Windhausen in 1935. Het oudste onderdeel in de kerk is een midden negentiende eeuwse rood- en geelkoperen doopvont.

Waardering

De kerk is van algemeen belang. Zij heeft cultuur-historisch belang als voorbeeld van een geestelijke en bestuurlijke ontwikkeling, met name de stichting van nieuwe katholieke kerkdorpen in Midden-Brabant. Het kerkgebouw heeft architectuur-historische waarde vanwege de stijl en de plaats in het oeuvre van de architect. Het gebouw heeft ensemblewaarde vanwege de situering, verbonden met de ontwikkeling van het kerkdorp De Moer. Het heeft grote betekenis voor het aanzien van het dorp. De kerk is belangrijk vanwege de gaafheid van in- en exterieur en in relatie tot de structurele en deels visuele gaafheid van de dorpse omgeving.

Omschrijving Rijksdienst oude pastorie, adres Middelstraat 30

Inleiding

De voormalige PASTORIE werd ontworpen als BOERDERIJ van het kortgeveltype en gebouwd als noodpastorie in 1894 voor pastoor Kamp in opdracht van Hein Beunis, die vanaf 1894 de functie van kerkmeester zou vervullen. Het pand heeft een ambachtelijk-traditionele, streekeigen bouwtrant. Nadat de pastorie in 1896 gereed kwam nam de opdrachtgever zelf zijn intrek in het pand, dat in gebruik werd genomen als boerderij.

Omschrijving

Het eenlaagse pand heeft een rechthoekige plattegrond. De gevels zijn opgetrokken uit machinale baksteen en op het zadeldak liggen zwarte oudhollandse pannen. De voorgevel heeft een gepleisterde plint en aan weerskanten van de vernieuwde paneeldeur met gietijzeren levensboom in het bovenlicht, een zesruits schuifvenster. De vensterdorpels zijn van hardsteen, de bovenlichten zijn afgezet met strekken. Onder de vensters bevinden zich reliëfplaquettes. Hierop staat; "A. Beunis" en het jaartal "1894". Links van de deur is een terracotta reliëf van Maria met Kind ingemetseld, daterend uit circa 1945. Midden boven de deur bevindt zich een kleiner zesruits schuifvenster. De overkragende dakrand rust op klosjes en is afgezet met een gesneden houten windveer. In de rechterzijgevel bevindt zich een smal drieruits schuifraam. Verderop een opkamerraam en een getoogd stalraam. De linkerzijgevel bezit een vernieuwd en vergroot raam en een getoogd stalraam. De achtergevel heeft een smalle rondboogdeur en een stel hoge rechtgesloten staldeuren.

Waardering

Het gebouw is van algemeen belang. Het heeft cultuur-historisch belang als voorbeeld van een geestelijke en bestuurlijke ontwikkeling, met name de stichting van nieuwe katholieke kerkdorpen in Midden-Brabant. Het heeft typologische waarde als voorbeeld van een tijdelijke pastorie. Het complex heeft ensemblewaarde vanwege de situering, verbonden met de ontwikkeling van het kerkdorp. Het heeft grote betekenis voor het aanzien van het dorp. De pastorie is gaaf bewaard gebleven en is uiterst zeldzaam.

Omschrijving Rijksdienst pastorie, adres Middelstraat 26

Inleiding

De neorenaissance PASTORIE werd gebouwd in 1895-1896 in opdracht van pastoor Kamp door aannemer Joannes van Dongen. Het klokje dat oorspronkelijk op het dak stond is weggehaald: bij deze verbouwing zijn eveneens de dakpannen door leien vervangen en de schoorstenen door pirons. Inwendig heeft het pand rond 1925-1930 gedeeltelijke verbouwingen ondergaan. Rond 1945 werd er aan de rechtergevel een garage aangebouwd.

Omschrijving

Het tweelaagse deels onderkelderde pand heeft een vrijwel rechthoekige plattegrond. De gevels zijn opgetrokken uit machinale baksteen en op het schilddak liggen leien in maasdekking met bolpiron op de hoeken. De voorgevel telt vijf traveeën. Deze gevel wordt horizontaal geleed door de hardstenen plint en de gepleisterde speklagen. Op de begane grond bevinden zich achtruits schuifvensters, op de etage zesruits. De vensterdorpels zijn van hardsteen. Boven de ramen bevinden zich segmentbogen met diamantkoppen als aanzet- en sluitsteen.

De vereenvoudigde voordeur in het midden is in een portiek geplaatst. Het bovenlicht bevat een figuratieve glas-in-lood-voorstelling met in banderolle de tekst: "Heer blijf bij ons want het wordt avond". In het portiek bevindt zich een hardstenen gevelsteen met de tekst: "Den eerste steen gelegd door den Z.E.W. heer A.H.F. Kamp 1e pastoor 20 juli 1895". Onder de geprofileerde houten gootlijst bevindt zich een tandlijst en een geornamenteerd rondboogfries. In elk van de vier dakvlakken bevindt zich een klein tweelichts dakvenster. De rechterzijgevel bezit twee getoogde getraliede kelderramen en geheel rechts een achtruits stolpraam en op de etage een zesruits schuifvenster, beide onder segmentboog. De linkerzijgevel, met uitzicht op de vroegere noodpastorie, is geheel blind. De achtergevel bezit links een eenlaagse uitbouw onder zadeldak met leien in maasdekking. Dit wordt verlicht door een groot vernieuwd negenruits raam, een achtruits venster en getoogd bovenlicht behorende bij een paneeldeur. De pastorie zelf heeft verder eenzelfde vensterverdeling als de voorgevel toont. Achter de voordeur doorsnijdt een betegelde gang het pand. Het zijn crèmekleurige achthoekige tegels met zwarte tegels in geometrisch patroon. Links bevindt zich de doorgebroken voor- en achterkamer. Alle paneeldeuren hebben de oorspronkelijke driedeling. Net als in de gang is het plafond voorzien van eenvoudige lineaire stucpatronen. In de achterkamer staat een neo-renaissance marmeren schouw met zwart en groen geaderd marmer. Hiervoor staat een rijk geornamenteerde ijzeren voorzethaard. Rechts bevinden zich een voorkamer met een kleine achterkamer, die oorspronkelijk bedoeld was als eetkamer. Hierachter bevindt zich een garderoberuimte en verheft zich de brede spiralende bordestrap. Deze heeft houten met bladmotief gedecoreerde hoofdbalusters en verder gietijzer spijlen. De gang wordt achterin afgesloten door een paneeldeur met art déco-glas-in-lood. Hierachter bevindt zich een ruimte met wastafel en toilet met art déco-tegels. Rechts achter de trap bevindt zich de deur naar de keuken. Deze ruimte heeft weer achthoekige tegels uit de bouwtijd en verder art déco-betegeling als lambrisering. De grote geprofileerde hoekschouw stamt uit de bouwtijd, de keukenkasten dateren uit ca. 1930. De keuken bevat tevens een deur die naar de kelder leidt. Via een bakstenen trapje wordt de lage kelder bereikt. Over de grijze plavuisjes is merendeels cement gestort. Het plafond bestaat uit troggewelfjes op stalen balkjes. Een andere deur in de keuken geeft toegang tot de bijkeuken. In de hoek bevindt zich het toilet van de huishoudster en er is een trap die naar de zolder van dit bouwdeel voert. De verdieping van de pastorie heeft vrijwel dezelfde indeling van de vertrekken als op de begane grond, op de badkamer uit ca. 1940 na. Deze bevindt zich tussen de kamers in, boven de voordeur. Een gaaf detail is het op de hoek van de trap ingebouwde kastje. De trap naar de zolder is eveneens van gietijzeren sierspijlen voorzien. De zolder heeft een beschoten grenenhouten kap, waarvan de stevige verankering opvallend is. Er hangt een katrol waarover het touw liep waarmee het pastorieklokje werd bediend.

Waardering

Het gebouw is van algemeen belang. Het heeft cultuur-historisch belang als voorbeeld van een geestelijke en bestuurlijke ontwikkeling, met name de stichting van nieuwe katholieke kerkdorpen in Midden-Brabant. Het complex heeft ensemblewaarde vanwege de situering, verbonden met de ontwikkeling van het kerkdorp De Moer. Het complex heeft grote betekenis voor het aanzien van het dorp. Het gebouw is waardevol vanwege de architectonische gaafheid van de ex- en interieurs.

MIP omschrijving

  • Bouwstijl: Neo-Gotiek
  • Bouwperiode: 1902
  • Gevels en materialen: Profielsteen. Machinale baksteen, grijze machinale steen als afgeschuinde rand bij plint en speklagen, diverse tandlijsten.
  • Vensters en deuren: Spitsboogvensters met geometrische glas-in-lood en baksteen tracering. Lancetvensters. Vleugeldeuren met sierbeslag.
  • Dak en bedekking: Zadeldaken met leien in maasdeking. Spitsdak.
  • Bijgebouwen: Calvarieberg van baksteen met cement "INRI:. Oudste graf 1910 Adriana Beunis. Achter de kerk het stenen Heilig Hartbeeld op hoge sokkel. Eenlaags bijgebouw achter kerk onder zadeldak, leien maasdekking. Kerkhof omringd door ligusterhaag.
  • Bijzonderheden: Markante beeldbepalende driebeukige kruiskerk met dakruiter en westtoren met traptoren en hoge kapellen. In kerkhof drie pastoorsgraven A.H. Kamp , overleden 1939.

Afbeeldingen

Exterieur

Interieur