Zwolle, Roggenstraat - Michaël (1892 - 1963)
Uit Reliwiki
Algemene gegevens | |
---|---|
Naam kerk: | Sint Michaëlskerk |
Genootschap: | Rooms Katholieke Kerk |
Provincie: | Overijssel |
Gemeente: | Zwolle |
Plaats: | Zwolle |
Adres: | Roggenstraat (hoek Nieuwstraat) |
Postcode: | |
Sonneveld-index: | 10789 |
Jaar ingebruikname: | 1892 |
Architect: | Nicolaas Molenaar (1850-1930) |
Huidige bestemming: | gesloopt |
Monument status: | geen |
Geschiedenis
Dit was een prachtige neogotische hallenkerk met toren van 78 m, de hoogste kerktoren in Zwolle (3 m hoger dan "De Peperbus").
De neogotische St. Michaëlskerk werd tussen 1890 en 1892 gebouwd, op de hoek van de Roggenstraat en de Nieuwstraat, ter vervanging van de nabijgelegen oude parochiekerk aan de Nieuwstraat. Deze grote driebeukige hallenkerk, geïnspireerd op de Westfaalse gotiek en op de historische Grote Kerk, was gebouwd naar een ontwerp van architect Nicolaas Molenaar (1850-1930), leerling van P.J.H. Cuypers. Het schip was zes traveeën diep. De zijbeukstraveeën waren gedekt door zgn. steekkappen. Hoge toren rechts naast de voorgevel, voorzien van een achthoekige, opengewerkte lantaarn, hoekpinakels en naaldspits. Op de andere hoek van de voorgevel stond een slanke ronde traptoren. Op het dak boven het koor stond een hoge dakruiter. Het gepleisterde en gepolychromeerde interieur was overdekt door kruisribgewelven die op rijzige bundelpijlers rustten. Ter weerszijden van het koor bevonden zich veelhoekig gesloten zijkapellen met tentdaken. De zandstenen altaren en preekstoel waren gemaakt door het atelier Mengelberg te Utrecht. In of omstreeks 1960 werd het priesterkoor versoberd en heringericht vanwege aanpassing aan de moderne liturgie. Een deel van de muurschilderingen achter het hoofdaltaar werd toen overgewit.
Onderin de toren bevond zich een monument (atelier Mengelberg & Zn, Utrecht, ca. 1892), waarin zich een schrijn met relieken van de belangrijke middeleeuwse kanunnik en lid van de Moderne Devotie, Thomas à Kempis (ca. 1380 - 1472), bevond. Dit schrijn is meegegaan naar de nieuwe St. Michaëlkerk. Later is dit schrijn terechtgekomen in het torenportaal van de historische Basiliek O.L. Vrouw ten Hemelopneming. Het zandstenen hoofdaltaar is verhuisd naar de St. Ludgeruskerk in Balk.
Dit was één van de eerste monumentale neogotische kerken in Nederland, die werden gesloopt: buiten gebruik gesteld in 1963, de sloop volgde in de zomer van 1965, tegelijk met de sanering en stadsvernieuwing van de directe omgeving. Toen verrees op de plaats van de kerk het warenhuis Vroom & Dreesmann.
De parochie had intussen een nieuwe kerk laten bouwen aan de Bisschop Willebrandlaan, in gebruik genomen in 1964, maar inmiddels, na diverse bestemmingen, in 2017 ook gesloopt.
In de media
- Uit Nieuwe Rotterdamsche Courant, 21 Juli 1927.
Het nieuwe orgel in de St. Michaëlskerk te Zwolle.
Onder groote belangstelling is het nieuwe orgel in de St. Michaëlskerk te Zwolle, het geschenk der parochianen en het werk van den Nederlandschen orgelbouwer Jozeph Adama (sic) te Amsterdam, gisteren plechtig ingewijd. Aan deze plechtigheid was verbonden een solemneel-lof opgedragen door pastoor dr. W. Blom. He inwijdingsrede werd gehouden door prof. W. Albach van het seminarie te Culemborg, die sprak over het orgel „De koningin der instrumenten, die alle edele klanken der verschillende instrumenten vertegenwoordigt om God te kunnen loven met bazuingeschal, met psalter en citer, met pauken en koor, met snaren en pijpen en welluidende cimbalen. „Zegen, o Heer" aldus besloot de redenaar „zegen dit orgel, opdat het ons niet zal toeklinkcn als een schrik, wanneer eenmaal de machtige, bazuinen Gods ons zullen oproepen, doch in geest en waarheid onze triomfzang zal zijn, die zal voeren tot de eeuwige vreugde." Hierna had de liturgische wijding van het orgel plaats door pastoor dr. W. Blom.
Het orgel is volgens het pneumatisch kegelsysteem vervaardigd, omvat drie klavieren en vrij pedaal, heeft 43 sprekende registers welke over genoemde 3 klavieren verdeeld zijn. De pneumatische speeltafel is van vele hulpmiddelen voorzien en heeft een halfronden vorm. In het midden bevinden zich de drie manualen, terzijde van deze klavieren zijn de drukkers voor het in- en uitschakelen der registers en koppelingen. In den toren bevindt zich de windmaehine, hoofdblaasbalg met automatische windtoevoer en een trapinrichting. De frontpijpen zijn van gepolijst tin, de zijvakken van gepolijst zink.