Dordrecht, Voorstraat 216 - Augustijnenkerk
Uit Reliwiki
Algemene gegevens | |
---|---|
Naam kerk: | Augustijnenkerk |
Genootschap: | PKN Hervormde wijkgemeente Dordrecht |
Provincie: | Zuid-Holland |
Gemeente: | Dordrecht |
Plaats: | Dordrecht |
Adres: | Voorstraat 216 |
Postcode: | 3311CW |
Sonneveld-index: | 01756 |
Jaar ingebruikname: | 13e eeuw |
Architect: | |
Huidige bestemming: | Hervormde kerk |
Monument status: | Rijksmonument 13885 |
Geschiedenis
De Augustijnenkerk werd in 1293 gebouwd bij het reeds bestaande Augustijnenklooster. Rond 1450 werd besloten om de kloosterkerk uit te breiden met een tweede beuk. Er staat geen toren bij de kerk. Dat mochten de Augustijnen namelijk niet doen, omdat dit niet paste bij hun bedelorde. Toen de kloosterlingen tot grote welvaart kwamen, waarschijnlijk door aanmerkelijke inkomsten uit begraven in de kerk, hebben ze geprobeerd om toch een toren te bouwen. De bisschop van Keulen liet de toren in aanbouw achter afbreken. Toen in 1572 de stad Dordrecht aan prins Willem van Oranje werd overgedragen is direct ook de Augustijnerkerk officieel in gebruik genomen als bedehuis voor de protestantse eredienst. Een meerderheid van de Dordtse bevolking keerde de Rooms-katholieke kerk de rug toe. Dit mede als gevolg van de gereformeerde prediking van de uit het Duitse Wittemberg afkomstige prior Hendrik van Sutphen. Hij werd in 1515 prior in het Augustijnerklooster. Later werd hij door de inquisitie om het leven gebracht. De kansel uit 1490 in de kerk is het oudste meubelstuk van Dordrecht. Aan de onderzijde van de preekstoel is een houtsnijwerk aangebracht: een pelikaan pikt in zijn borst om zijn jongen met bloed te voeden. De preekstoel hing van 1490 tot 1597 in een dwarsschip van de Grote kerk. Daarna werd de kansel verplaatst naar de Augustijnerkerk.
Orgel
n 1899 bouwde Maarschalkerweerd een nieuw orgel voor de Augustijnenkerk, ter vervanging van het oude instrument van H.H. Hess uit 1775. Dit instrument werd als onherstelbaar beschouwd, en dr. Jan Jacob Stronck schonk de kerk een nieuw orgel, hetgeen bekend werd gemaakt in de vergadering van de kerkenraad op 3 december 1898. Van den Bijlaardt stemde het oude orgel en verkocht het bij opbod. Het oude oxaal met snijwerk en het wapen op de middentoren bleven bewaard. In juli 1899 begon Maarschalkerweerd met de opbouw in de kerk, en op 24 september is het in orgel in gebruik genomen. De verrassende keuze voor de Rooms-Katholieke bouwer is waarschijnlijk te danken aan de inzet van organist J.A. Schotel, die als adviseur optrad. Het orgel is gebouwd met een pneumatische tractuur met Weigle-laden. Het is nimmer gewijzigd. In 1982/1983 voerde Vermeulen uit Alkmaar een technische restauratie uit. Het klankkarakter bleef hierbij onaangetast. Adviseur bij de werkzaamheden was Arie J. Keijzer. Op 9 februari 1983 nam men het instrument weer in gebruik. In 2019-2020 is groot onderhoud uitgevoerd door de firma Elbertse onder advies van Jos Laus. Het orgel werd op 25 januari 2020 weer in gebruik genomen, waarbij het instrument bespeeld werd door Jos Laus en André Keijzer.
- (Bron:Orgeldatabase)
Monumentomschrijving Rijksdienst
Augustijnenkerk (hervormd). Grote laat gotische KLOOSTERKERK, gebouwd na een brand in 1518. Schip van acht traveeën, koor van een travee met driezijdige sluiting en een zuiderzijbeuk van gelijke hoogte als de hoofdbeuk.
Uitwendig zeer sober. Tegen de vrijstaande, noordelijke gevel zware, tweemaal versneden beren en natuurstenen waterlijst. Voorgevel aan de Voorstraat, gedateerd 1776, van strenge monumentale allure: gebogen zijstukken, houten lijst en driehoekig fronton. Twee identieke deuromlijstingen in hardsteen, gebosseerd, waarboven rondbogige vensters. Hardstenen plint, antieke lantaarns.
Inwendig zuilen met koolbladkapitelen en tongewelven met trekbalken. Houten ramen. Langs de zuidzijde drie kapellen, van oost naar west: Van Beverenkapel met gerestaureerd grafmonument voor staatsman Willem van Beveren (1631) en driezijdige sluiting; een brede kapel uit twee oudere kapellen samengetrokken met een Lodewijk XIV grafmonument voor burgemeester Meijndert van Segwaard (1700), Doopkapel met driezijdige sluiting en straalgewelf op schalken met kapitelen. Het epitaaf voor schepen Johan Berck uit 1627 is verdwenen. In het koor gemetseld geprofileerd poortje, getoogd met in de sluitsteen: 1614. Orgel (rijksmonument) met twee manualen en vrij Pedaal, in 1899 gemaakt door Maarschalkerweerd & Zoon (Utrecht). Preekstoel (XVII) op voet (1576) met klankbord (1596) en koperen lezenaar (XVII). Zerken, sommige onder de houten vloer verborgen waaronder die van de schilder Aelbert Cuyp; orgelgalerij 1776.
Klokkenstoel met klok van Pieter Hemony, 1673, diam. 66 cm.
Fraai gebouw van algemeen belang wegens bijzondere oudheidkundige en kunsthistorische waarde.
In de media
- Uit Het Nieuws van den Dag, 6 December 1897.
Te Dordrecht zal het oude en nagenoeg onbruikbare orgel in de Augustijnerkerk worden vervangen door een nieuw. Een geacht ingezetene heeft den bouw van dit, zijn geschenk, opgedragen aan de firma M. Maarschalkerweerd en Zoon, te Utrecht.
- Uit Reformatorisch Dagblad, 21 maart 2006.
Mensen die op zaterdag door de Voorstraat in Dordrecht lopen, hebben een behoorlijke kans dat ze orgelmuziek uit de Augustijnenkerk horen. Vrijwilligers staan op deze wijze stil bij het feit dat de kerk voor het tiende achtereenvolgende seizoen op zaterdagen open is voor het publiek. Volgens koster G.J. de Boon begon de openstelling na de restauratie van de kerk, die begin 1996 werd afgerond. „Inwoners van Dordrecht zien alleen maar de grote groene deuren. Ze weten niet dat er een mooie kerk achter zit.” Onder de planken vloer bleken veel grafzerken te liggen. „Er liggen ongeveer 10.000 mensen begraven. Van 8000 van hen zijn de namen teruggevonden in grafboeken.” Onder hen zijn mensen zoals kunstschilder Aelbert Cuyp en vier leden van de synode van Dordrecht. De eeuwenoude kerk, die 860 zitplaatsen telt en die eigendom is van de hervormde gemeente van Dordrecht, is van eind maart tot half december op de zaterdagmiddagen geopend. De Boon: „We willen de historie van deze kerk aan de mensen doorgeven en hen ook met het geloof in aanraking brengen.” Elke laatste zaterdag van de maand is er een vesperdienst, een kerkdienst waarbij mensen in en uit kunnen lopen. Bovendien wordt ernaar gestreefd elke tweede zaterdag van de maand een concert te houden. Ook hier kan iedereen weten wanneer hij komt of gaat. Verder worden er rondleidingen gegeven. De Boon: „Dat gebeurt vooral op zaterdagmiddag. Maar wanneer mensen met een groep afspreken, kunnen we ook voor doordeweekse dagen een vrijwilliger zoeken.” Het publiek is volgens hem heel divers. „De een komt voor het gebouw, de ander voor een algemeen praatje, een derde wil graag de muziek horen en weer een ander komt voor een geestelijk gesprek.” De Augustijnenkerk ontvangt in het minste geval zo’n tachtig bezoekers per zaterdag. „Op Open Monumentendag ligt dat aantal wel op 1500.”