,s-Gravenhage, Spui 175 - Nieuwe Kerk
Uit Reliwiki
Algemene gegevens | |
---|---|
Naam kerk: | Nieuwe Kerk |
Genootschap: | Nederlandse Hervormde Kerk |
Provincie: | Zuid-Holland |
Gemeente: | 's-Gravenhage |
Plaats: | 's-Gravenhage |
Adres: | Spui 175 |
Postcode: | 2511BM |
Sonneveld-index: | 01974 |
Jaar ingebruikname: | 1656 |
Architect: | |
Huidige bestemming: | Kerk |
Monument status: | Rijksmonument |
Hoofdfunctie : | Religieus |
Oorspronkelijke bestemming : | Kerk |
Geschiedenis
Belangrijk voorbeeld van een voor de protestantse eredienst ontworpen kerkgebouw. Gebouwd in 1649-1656 door Pieter Noorwits. Rechthoekige plattegrond met twee absiden aan beide lange zijden en één absis aan elk der korte zijden. Rijke preekstoel uit de bouwtijd. Orgel van Johannes Duyschot uit 1702, inwendig geheel vernieuwd door C.G.F. Witte in 1867. Vrij pedaal toegevoegd in 1977 door Flentrop.
In 1967 buiten gebruik gesteld als kerkgebouw van de Hervormde Gemeente. Na restauratie vanaf 1969 cultureel centrum, expositie- en concertruimte.
Later zijn vele blanco schermen onder het gewelf aangebracht, om de akoestiek in de kerkzaal te verbeteren. Deze schermen hebben helaas een negatieve invloed op de algemene architectonische ruimtewerking in het interieur..
Orgel
De Nieuwe Kerk in Den Haag is gebouwd van 1649 tot 1656 naar een ontwerp van de Haagse architect Pieter Arentz Noorwits. Het gebouw werd op 5 mei 1656 in gebruik genomen. In de eerste jaren was er geen orgel aanwezig. Februari 1699 nam men het besluit om een orgel te laten bouwen voor de kerk. Johannes Duyschot kreeg de opdracht. De orgelkas is waarschijnlijk een ontwerp van Johannes Hanart en de luiken zijn beschilderd door Theodorus van der Schuer. Op 12 december 1702 kon het orgel voor het eerst in de kerk worden gebruikt. In de loop van 1703 is het voltooid. Het had bij oplevering drie manualen en aangehangen pedaal. Rudolph Garrels kreeg enige tijd later het orgel in onderhoud. In 1741 werd een boog van Bentheimer steen onder het orgel aangebracht omdat de bestaande constructie niet sterk genoeg bleek te zijn. Deze boog is versierd met een barokke houten versiering van de hand van Jacob van Groenevelt. Gerard Steevens volgde Garrels in 1750 op. Hij maakte in 1753 een nieuw pedaalklavier. Na hem kwam het onderhoud in handen van Joachim Reichner. Er is in deze periode niet veel meer aan het orgel veranderd, evenmin als onder Friederichs, Meere, Van Dam en Gabry, die na Reichner onderhoudswerkzaamheden uitvoerden. In 1857 maakte Willem Hendrik Kam een inspectierapport. Het orgel had veel gebreken, en was hard aan restauratie toe. Ook de dispositie was volgens hem uit de tijd. Tenslotte was het nodig om een vrij pedaal te maken. C.G.F. Witte kreeg het orgel in 1865 in onderhoud. Hij maakte een rapport met vrijwel dezelfde bevindingen als Kam. In 1866 kreeg hij de opdracht het orgel te verbouwen. Er werden nieuwe klavieren gemaakt, nieuwe windladen, blaasbalgen, mechanieken en ook veel nieuwe registers. Veel registers zijn vervangen door andere. Wegens geldgebrek bleef een vrij pedaal nog altijd buiten het bestek, maar het was wel voorbereid, inclusief de registertrekkers. De orgelkas en het oxaal bleven ongewijzigd. De kas is enkel dieper gemaakt. De oorspronkelijke frontpijpen zijn weer gebruikt. Op 31 oktober 1867 is het instrument weer in gebruik genomen. In 1967 werd de Nieuwe Kerk gesloten voor de eredienst. Dit was mede een gevolg van de bouwvalligheid van het gebouw. Een grote restauratie onder leiding van architect Philip Bolt ging toen van start. Al in 1960 was een rapport verschenen van de Hervormde Orgelcommissie. De negentiende eeuwse veranderingen werden aan de kaak gesteld, en er werd geconstateerd dat de kas vol houtworm zat en de mechanieken en windlades gereviseerd moesten worden. Het besluit werd genomen om het Duyschot-concept te herstellen. Organist Gerard Akkerhuis stelde in 1963 een dispositievoorstel op. Klaas Bolt is hierna als adviseur aangetrokken. Hij adviseerde om het orgel in de huidige staat te restaureren, en uit te breiden met het al door Witte ontworpen vrije pedaal. Uiteindelijk is dit plan door de Hervormde Orgelcommissie overgenomen. De firma Flentrop kreeg in 1974 de opdracht de restauratie uit te voeren. Voor de bouw van het vrije pedaal is het pijpwerk nieuw gemaakt, met uitzondering van de grenenhouten Subbas 16', die afkomstig is uit het J.F. Witte-orgel van de Grote Kerk in Den Haag uit 1882. Voor de mensurering van het nieuwe pijpwerk is uitgegaan van het pijpwerk uit de Oude Kerk in Delft. Aan het Witte-concept is enkel een Trompet 4' toegevoegd. Op 15 december 1976 werd het geheel gerestaureerde gebouw in gebruik genomen als concertzaal, beheerd door de Stichting Nieuwe Kerk. Op 26 oktober 1977 kon ook het orgel weer in gebruik worden genomen met een bespeling door Klaas Bolt en Elly Kooiman. Het orgel is in 2018-2021 gerestaureerd door de firma Reil Orgelbouw. Adviseur was Henk Verhoef. Op 3 november 2023 werd het instrument weer in gebruik genomen. Het werd bespeeld door Henk Verhoef en Geerten van de Wetering, in samenwerking met het SoundWave Collective. Het plexiglas scherm dat voor het orgel was geplaatst om de akoestiek in de kerkzaal te verbeteren is aangepast, zodat het bij orgelbespelingen kan worden verplaatst.
- (Bron:Orgeldatabase)
Monumentomschrijving Rijksdienst
Nieuwe KERK uit 1649-1656 naar ontwerp van Pieter Noorwits, baksteenbouw op rechthoekige plattegrond met absiden aan vier zijden, bekroond door een torentje - rijk gesneden preekstoel, banken en doophek uit de stichtingstijd. Orgelkas van J. Duyschot uit 1702. Hierin een orgel van C.G.F. Witte uit 1867, met gebruikmaking van enig pijpwerk van Duyschot. Bij de restauratie in 1977 werd een vrij Pedaal toegevoegd in de stijl van Witte. Klokkenstoel met gelui bestaande uit twee klokken van C. Wegewaert, 1656, diam. resp. 100,2 cm en 81,5 cm. Mechanisch groot smeedijzeren torenuurwerk met dubbel slagwerk, gesigneerd door Coenraat Wegewart, 1656, later voorzien van automatische opwinding.
In de media
- Uit Nieuwe Rotterdamsche Courant, 6 October 1917.
Naar wij uit de beste bron vernemen, heeft het orgel in de Nieuwe Kerk te 's-Gravenhage niets geleden. Een dag na den brand is het instrument door den orgenist der kerk bespeeld, waarbij gelukkig gebleken ls, dat het fraaie instrument in goede conditie verkeert.
- Uit Nieuwe Rotterdamsche Courant, 8 October 1917.
De brand in de Nieuwe Kerk. Kerkvoogden der Ned. Herv. Gem. in den Haag geven betreffende den brand in den toren der Nieuwe Kerk het volgende communiqué: „Kerkvoogden der Nederduitsch Hervormde Gemeente te 's-Gravenhage deelen bij dezen aan de Gemeente mede, dat tot hunne groote ontsteltenis op Vrijdag 28 September l.l. brand is uitgebroken in den toren van de Nieuwe Kerk op het Spui. Ofschoon door den Architect, den Heer A. Mondt Jr., bij het uitvoeren der loodgieterswerken geheel overeenkomstig de desbetreffende politieverordening gehandeld is, is toch op voor Kerkvoogden onverklaarbare wijze, bij het verrichten van soldeerwerk brand ontstaan in het houtwerk, dat zich achter de looden omkleeding van eene kroonlijst bevond. Door het uitnemende en krachtige optreden van de brandweer, hierbij voorgelicht door de aanwijzingen en de hulp van den vroegeren opzichter L.W. van Duyvenbode, wien Kerkvoogden hulde brengen voor zijn belangloos en geheel onverplicht optreden, is de brand tot een gedeelte van den toren beperkt gebleven en heeft de kerk slechts waterschade bekomen. Ofschoon deze waterschade zeer aanzienlijk is, is er reden tot dank, dat het fraaie orgel geheel onbeschadigd gebleven. Met dank aan den Heer, die de Kerk heeft gespaard, kunnen Kerkvoogden mededeelen, dat, zoowel politie als brandweer en verder allen, die hiertoe geroepen of bevoegd waren, gedaan hebben wat menschelijker wijze mogelijk was om een ramp to verhoeden.".
- Uit Het Vaderland, 22 Augustus 1931.
In de Nieuwe Kerk der Haagsche Hervormde Gemeente op het Spui werd onlangs een dame door een suppoost teruggestuurd, omdat ze in een voor mannen bestemde afdeeling was terecht gekomen. Bedoelde dame vraagt nu in het Alg. Weekblad of het ergerlijk of belachelijk is, dat de Kerk haar leden op die manier belet als gezin ter kerke te gaan. Tevens wordt de vraag gedaan, of het niet hoog tijd wordt, dat daaraan een einde gemaakt wordt? Prof. dr. Obbink geeft het volgende antwoord: „Die scheiding van mannen en vrouwen in onze kerkdiensten heeft al tot heel wat geharrewar aanleiding gegeven. De Christelijke Kerken zullen ook dat gebruik wel van de Synagoge hebben overgenomen. Hier en daar wordt het nog steeds sterk doorgevoerd. In Duitschland zijn nog kerken, die zoo zijn gebouwd, dat de mannen de vrouwen niet eens kunnen zien. Ook in ons land zijn er nog tal van gemeenten waar die scheiding streng wordt doorgevoerd, waardoor een gezin in de kerk gesepareerd wordt. Dat is inderdaad hoogst onaangenaam. Maar er is ook een andere kant. Onlangs beklaagde zich een dame, die een vaste plaats heeft in een bepaald kerkgebouw, dat telkens een man naast haar plaats nam met een uiterst onaangename tabaklucht bij zich, zóó erg, dat het storend werkte op haar stichting. In dat argument zit toch ook iets.
Tot zoover dr. Obbink in het Alg. Weekblad. Reeds meerdere malen hebben zoowel dr. Posthumus Meyes als ds. Wormgoor in de Kerkbode geschreven, dat de Nieuwe Kerk op het Spui de laatste jaren veel minder bezocht werd dan in vroegeren tijd wel het geval geweest is. Vooral de nieuwe wijkpredikant, ds. Wormgoor, laat bijna geen week voorbij gaan of hij roept in zijn wijkmededeelingen in de Kerkbode de wijkbewoners op, hun fraaie wijkkerk des Zondags te bezoeken. Maar zou het feit, dat juist in die kerk de mannen van de vrouwen gescheiden worden, misschien één van de oorzaken kunnen zijn, dat dit kerkgebouw vrijwel nimmer „vol" is tegenwoordig?
- Uit Reformatorisch Dagblad, 16 december 1976.
De drie eeuwen oude „Nieuwe Kerk" in Den Haag is woensdag gerestaureerd aan de Haagse burgerij overgedragen. Burgemeester Schols nam het gebouw namens de Haagse bevolking over van de stichting die heeft gerestaureerd. De Nieuwe Kerk zal, behalve als „echt Godshuis" vooral gebruikt gaan worden als concertzaal.
Om duidelijk te maken wat de nieuwe bestemming van het gerestaureerde pand in de Haagse binnenstad zal gaan worden, waren bij de officiële ingebruikstelling het Residentieorkest en het Nederlands Kamerkoor uitgenodigd de „Nieuwe Kerk" muzikaal in te wijden. De plechtigheid werd door prins Claus bijgewoond.
- Uit Reformatorisch Dagblad, 16 maart 2010.
De bomen in de historische tuin van de Nieuwe Kerk aan het Spui in Den Haag mogen blijven staan. De aanvraag voor de kap van de 22 bomen is tot nader order opgeschort, zo werd onlangs duidelijk. In januari besloot wethouder Rabin Baldewsingh van de PvdA een groot aantal bomen in de rijksmonumentale kerktuin te kappen. Al langer zijn er plannen om de kerktuin aantrekkelijker te maken voor het publiek.
Omdat er geen overleg was gepleegd, reageerden omwonenden en de beheerder van de Nieuwe Kerk furieus. Lokale politieke partijen oefenden vervolgens druk uit op de wethouder om het besluit terug te draaien. Of een herzien voorstel nog ter tafel komt, is nog onbekend. In een brief van de Dienst Stadsbeheer belooft de gemeente de Werkgroep Nieuwe Kerk weer op te starten en de plannen te bespreken met omwonenden en andere belanghebbenden.
- Uit Reformatorisch Dagblad, 6 juni 2012.
In de Nieuwe Kerk aan het Spui 175 te Den Haag worden sinds 27 mei weer wekelijkse kerkdiensten belegd. De internationale Redeemer Church nodigt sinds die zondag mensen uit om „te kijken wat God aan het doen is in Den Haag.” De eerste kerkdienst in het bedehuis werd gehouden op 2 mei 1656. In 1967 hield de hervormde gemeente er haar laatste dienst. Nadien werd de kerk gebruikt voor concerten en congressen.
De Nieuwe Kerk was de eerste kerk in de stad die speciaal voor de protestantse eredienst werd gebouwd. De preekstoel staat daarom in het middelpunt.