Cuijk, Kerkstraat 8 - Martinus
Uit Reliwiki
Algemene gegevens | |
---|---|
Naam kerk: | Martinus |
Genootschap: | Rooms Katholieke Kerk |
Provincie: | Noord-Brabant |
Gemeente: | Land van Cuijk |
Plaats: | Cuijk |
Adres: | Kerkstraat 8 |
Postcode: | 5431DS |
Sonneveld-index: | 07260 |
Jaar ingebruikname: | 1913 |
Architect: | Franssen, C.J.H. |
Huidige bestemming: | kerk met begraafplaats |
Monument status: | Rijksmonument 11622 (oude toren); 11623 (kerk); 11624 (pastorie); 517518 (kapel en muur kerkhof) |
Geschiedenis
Indrukwekkende neogotische kruisbasiliek met twee torens (65 m. hoog) die is gebouwd in de periode 1911-1913 naar ontwerp van architect Caspar Franssen. De schilderingen in het interieur zijn naar het ontwerp van Hans Mengelberg en uitgevoerd door Johannes Cornelis Wilbrink. Het retabel van het hoogaltaar, het Retabel van Cuijk, werd gemaakt door Hendrik van der Geld voor de kerk in Duisburg, maar dit kwam uiteindelijk in Cuijk terecht. De zijaltaren en piëta zijn ook van Van der Geld. In 1945 raakte de kerk zwaar beschadigd door oorlogshandelingen van het Duitse leger aan de andere kant van de Maas; de Cuijkse molen en het Cuijkse gemeentehuis raakten ook zwaar beschadigd. De schade kon nog hersteld worden (interieur en exterieur). In 2009 werd begonnen met een ingrijpende restauratie van de kerk en deze werd in 2011 afgerond.
Monumentomschrijving Rijksdienst
St. Martinus, 1913, C. Franssen. Driebeukige neogotische kruisbasiliek met twee torens, die met de toren der laatgotische parochiekerk, die naast het koor der nieuwe kerk is blijven staan, een voor het landschap in de verre omtrek bepalend gezicht oplevert. Inventaris: hoogaltaar 1900-1910, door H. van der Geld, 2 zijaltaren door H. v.d. Geld, 1912-1913. 6-lichtskroon 17e eeuw. Petrus- en Paulusbeelden door H. van der Geld, 1919. In de middeleeuwse toren 6-lichtskroon, 17e eeuw. Orgel met Hoofdwerk, Positief, Echo en vrij Pedaal, ca 1660 gemaakt door vermoedelijk A. Severin voor een kerk in Luik (België). In 1803 overgeplaatst naar Cuijk. Mechanisch torenuurwerk. De klok, ca. 1913, elektrische opwinding.
MIP omschrijving
- Naam monument: Sint-Martinus
- Bouwperiode: 1913
- Gevels en materialen: Baksteen. Natuurstenen sierdelen.
- Vensters en deuren: Spitsboogramen, glas-in-lood.
- Dak en bedekking: Zadeldaken en achtzijdige naaldspitsen met leien gedekt.
- Interieur: Boogaltaar 1900-1910, door H. v.d. Geld, twee zijaltaren door M. van Bokhoven, 1912-1913. Barokorgel circa 1660; zeslichtskroon, 17de eeuw. Petrus- en Paulusbeelden door H. v.d. Geld, (1919). In de middeleeuwse toren zeslicht kroon, 17de eeuw.
- Omschrijving: Driebeukige neogotische kruisbasiliek met twee torens, die met de toren der laat-gotische parochiekerk, die naast het koor der nieuwe kerk is blijven staan, een voor het landschap in de verre omtrek bepalend gezicht opleveren.
Orgel
Het orgel is gebouwd voor een Belgische kerk, rond 1650. In 1803 is het door de Nijmeegse bouwer Peter Torley in Cuijk geplaatst. Er is lange tijd gedacht dat dit in 1804 is gedaan door Graind'Orge. In 1861 werd het verkleind van drie naar twee manualen door een timmerbedrijf met de naam L. Smits. Deze verwijderden het echowerk, en plaatsten het rugwerk als borstwerk. Ook werd het zelfstandige pedaal verwijderd. F.C. Smits jr. voerde werkzaamheden uit in 1884 en 1913. In dit laatste jaar is het instrument naar de nieuwe kerk van Cuijk verhuisd. De gebroeders Vermeulen maakten in 1927 een pedaallade met twee registers. Zij vervingen ook verschillende registers door meer modieuze stemmen. In 1955 restaureerde Verschueren het orgel, herstelde de dispositie en vernieuwde een deel van de mechaniek. Er werd een pneumatisch pedaal aangelegd. Adviseur hierbij was prof.dr. A. Smeijers in samenwerking met Hub. Houët, adviseur namens de KKOR. Op 31 juli 1955 is het gerestaureerde instrument weer in gebruik genomen met een bespeling door Albert de Klerk. Een nieuwe algehele restauratie is door Verschueren uitgevoerd in 1991/1992. Bij deze restauratie is het borstwerk weer in een nieuwe rugwerkkas geplaatst. Ook de hoofdwerkkas is voorzien van nieuw lofwerk. Het instrument is in feite gereconstrueerd naar de vermoedelijke toestand van 1650. Adviseurs bij deze reconstructie waren drs. J.G.P. Boogaarts en drs. J.J. van der Harst. Op 18 september 1992 is het orgel weer in gebruik genomen, waarna op 20 september een concert volgde door Marc Schaefer. In 2015-2016 is groot onderhoud uitgevoerd door de firma Verschueren onder advies van Jan Boogaarts en Rudi van Straten.
- (Bron:Orgeldatabase)
Monumentomschrijving Rijksdienst Kerkhofkapel
KERKHOFKAPEL uit 1898 in neogotische stijl en SCHANSMUUR. De kerkhofkapel ligt in het verlengde van de centrale as van het kerkhof. De kapel is een schenking van Maria Tummers en Petrus de Hamer. Het ontwerp is van architect P.J.H. Cuypers. Aan de noord- en westkant van het kerkhof waarop deze kapel staat ligt een bakstenen schansmuur voorzien van ezelsrug. Aan de oostkant wordt het kerkhof begrensd door de rond 1970-1980 aangelegde Maasboulevard.
Omschrijving
De kapel is een rechthoekig gebouwtje in schoon metselwerk met speklagen van natuursteen en hardstenen plint onder een leien wolfdak. In het metselwerk zijn profielstenen toegepast, zowel bij de ingangspartij als onder de goot en bij het basement. Links en rechts van de spitsboogingang twee engelen gehakt in Franse kalksteen. Inwendig netgewelf met polychroomwerk en geornamenteerde tegellambrizering. Het interieur bevat een retabel met calvariegroep met de beelden van Petrus en Elisabeth patroons der schenkers. In de kapel gekleurd tegelwerk in diverse patronen.
Een smeedijzeren hekje sluit de binnenruimte af. Het dak wordt bekroond door een smeedijzeren kruis met doornenkroon. De houten bakgoten hebben gestoken boeiboorden. Aan drie zijden van de kapel een hardstenen stoep met tegelwerk-vulling en tien hardstenen stoeppalen, die van boven naar beneden in doorsnede verlopen van rond tot acht- en vierkant. De schansmuur behoort tot het monument.
Waardering
Kapel en schansmuur zijn van algemeen belang. Het geheel heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een sociale en geestelijke ontwikkeling, in het bijzonder de ontwikkeling van de katholieke grafcultuur, het is tevens van belang voor de typologische ontwikkeling van de kerkhofkapel. Het heeft architectuur- en kunsthistorisch belang als voorbeeld van het werk van de architect P.J.H. Cuypers. Het heeft ensemblewaarden als onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van belang. Het is gaaf bewaard gebleven en een zeldzaam voorbeeld van de latere periode van het werk van de bouwmeester Cuypers.