Gereformeerde Gemeente in Nederland (Dinteloord)
Uit Reliwiki
Ontstaansgeschiedenis
Dinteloord, Wilhelminastraat 20 - Geref. Gem. in Ned. Buiten Verband
Verontruste mensen uit de Gereformeerde Kerk en volgelingen van ds. P. van Dijke vormden in 1928 samen de eerste Gereformeerde Gemeente van Dinteloord. Voordien werd thuis een preek gelezen. Zo rond einde 1927, begin 1928 vroeg ds. G.H. Kersten aan de Thoolse onderwijzer J.L. Geluk om in Dinteloord een gelegenheid te zoeken waar hij met zijn medeparlementariër van de SGP, ds. P. Zandt, een rede zou kunnen houden. De poging slaagde en was zelfs mede de oorzaak waardoor de Gereformeerde Gemeente ter plaatse ontstond. De heren J. Verhagen, G.P. van de Merbel en A.A. Vogelaar hadden predikanten van de Gereformeerde Gemeenten op het eiland Tholen gehoord. Zij vroegen ds. W.C. Lamain als eerste om te komen preken. Hij informeerde of er een plaatsruimte was om te preken. Verhagen verzekerde dat daar voor gezorgd kon worden. Ds. Lamain was echter op de afgesproken datum ziek, zodat hij niet voor kon gaan. Student Heikoop ging nu, in zijn plaats, als eerste voor in de garage van Gebroeders Verhagen aan de Molendijk op 24 mei 1928. De achterkamer van de familie Verhagen wordt gebruikt als consistoriekamer. De mensen zitten in de garage of loods van de aardappelhandel, waarvan een gedeelte is afgeschut. In het begin zitten ze op planken die op kisten gelegd zijn. Daarom wordt in die tijd de garage wel het Kistenkerkje genoemd. Een van de volgende predikanten die naar Dinteloord komt, is ds. W.C. Lamain. Op 13 februari 1929 bestaat het voorlopig bestuur uit: J. Verhagen, G. van de Merbel en J.H. Sturris. De instituering heeft naar alle waarschijnlijkheid plaatsgehad in de tweede helft van april 1929 door ds. J. Vreugdenhil. Deze is van 1929 tot 1932 consulent van de gemeente. Bij vergissing is altijd 6 november 1929 aangehouden. In werkelijkheid is dit de datum van kennisgeving aan de overheid. Na afloop van een doordeweekse dienst in genoemde garage, waarin een predikant voorgegaan is, wordt verzocht aan zowel mannen als vrouwen die lid willen worden van de Gereformeerde Gemeente, te gaan staan. Daarna worden de namen genoteerd. De eerste dopelingen zijn Huibrecht de Frel en Leendert Hendrik Verhagen. Ze worden gedoopt door ds. Lamain. Nu er een gemeente is, wordt ook de noodzaak van een eigen kerkgebouw gevoeld. Besloten wordt een eigen kerk te bouwen. Grond wordt gekocht aan de Wilhelminaweg. Ds A. Verhagen legt in het voorjaar van 1930 de eerste steen. Op 1 oktober 1930 wordt de kerk door ds. G.H. Kersten in gebruik genomen. Hij preekt uit de tekst: Jesaja 14:32. Het kerkgebouw telt 200 zitplaatsen.
Op 30 juni 1953 scheurt de kerkelijke gemeente in tweeën. Na uitspraak over de juridische procedure zijn het kerkgebouw en alle kerkelijke goederen toegewezen aan de Gereformeerde Gemeente in Nederland. Volgens het jaarboekje van 1954 telt de gemeente dan 124 leden en 100 doopleden. In 1980/1981 vond er een kerkelijke scheuring plaats daarbij bleek dat het grootste gedeelte van de gemeente de meerderheid van de kerkenraad niet wenst te volgen. Mede hierdoor is men het kerkgebouw kwijtgeraakt aan de Wilhelminastraat . De gemeente die samen bleef komen in het kerkgebouw aan de Wilhelminastraat schaarde zich achter de Gereformeerde Gemeente in Nederland (bv). De groep die wenste te blijven bij de Gereformeerde Gemeente in Nederland deed op 9 januari 1981 een verzoek aan de bouwcommissie van de Gereformeerde Gemeente Synodaal of er bereidheid bestond het kerkgebouw aan de West Groeneweg te verkopen. Er werd serieus op ingegaan en op 5 februari 1981 werd het voorlopig koopcontract getekend. Vanaf zondag 4 oktober 1981 hielden beide gemeenten in het kerkgebouw hun diensten. Dit duurde tot november 1982, als de Gereformeerde Gemeente op 5 november 1982 het nieuwe kerkgebouw Dinteloord, Prins Florisstraat 1 - Maranathakerk officieel in gebruik nam.